Profiel straatdealers Amsterdamse binnenstad 2017-2019
Voor een effectieve aanpak van overlast door drugsgebruik en drugshandel is inzicht nodig in de verschillende subgroepen van straatdealers. De politie Amsterdam had vermoedens over daderprofielen, maar er was nog geen inzicht gebaseerd op gestructureerd onderzoek.
Profielanalyse
Uit een profielanalyse van de GGD blijkt dat de populatie straatdealers, die van 2017 tot 2019 actief waren in de Amsterdamse binnenstad, uit 4 groepen bestaat.
1. Overlastplegende Amsterdammers met zorgproblemen
Bijna de helft van de groep straatdealers (43%) bestaat uit Amsterdammers die overwegend zelfstandig wonen. Deze mensen hebben vaak duidelijk behoefte aan zorg vanwege psychiatrische en/of verslavingsproblematiek. Slechts een kleine minderheid is bekend als zorgmijder. Het delictgedrag van straatdealers uit profiel 1 is gemiddeld qua frequentie, variëteit en ernst.
2. Criminele overlastplegers met zorg- en woonproblemen
Ongeveer een vijfde van de totale groep straatdealers bestaat uit Amsterdammers die niet zelfstandig wonen en niet in de maatschappelijke opvang verblijven. Het gaat om personen die dakloos zijn of verblijven in detentie of in een instelling. In vergelijking met de andere profielen is dit profiel crimineel het meest actief.
3. Harddrugsdealende forensen
Ongeveer een kwart van alle straatdealers bestaat uit personen van wie de helft wel een Nederlandse nationaliteit heeft, maar slechts minder dan een kwart regiobinding met Amsterdam. Binnen deze groep lijkt weinig psychiatrische of verslavingsproblematiek voor te komen. Dit beeld kan vertekend zijn omdat in ieder geval de helft niet in beeld is bij de GGD of WPI in Amsterdam. In delictgedrag wijken zij niet veel af van profiel 1 en 2.
Profiel 4. Dealende buitenlanders
Een relatief klein aandeel van de straatdealers bestaat uitsluitend uit personen met een niet-Nederlandse nationaliteit die verder niet in Amsterdam bekend zijn. Binnen deze groep komt harddrugsbezit het meest voor. Mogelijk zijn het deels toeristen die, al dan niet als dealer, in het uitgaansleven zijn aangehouden met tenminste een handelshoeveelheid harddrugs.
Een groot deel van de straatdealers in de binnenstad staat niet in Amsterdam geregistreerd of heeft geen regiobinding met de hoofdstad. Zij zijn voor de gemeente relatief ongrijpbaar, zeker als zij ook niet in de regio Amsterdam wonen.
Conclusies en aanbevelingen
- De GGD beveelt aan om in individuele gevallen meer samen te werken met de regio, bijvoorbeeld door informatie te delen. Dan kan de juiste combinatie van straf en zorg worden ingezet.
- Van de straatdealers die bekend zijn bij de GGD heeft 84% een (vermoedelijke) zorgbehoefte vanwege psychische of psychiatrische problemen. Als problematisch middelengebruik niet wordt meegeteld geldt dat nog steeds voor de helft (48%). Omdat vergelijkbare percentages zijn gevonden voor ex-gedetineerden en de Top600-doelgroep, adviseert de GGD onderzoek naar de mogelijke zorgbehoefte van de straatdealers die nu niet in beeld zijn.
- Een structuur met betrokken organisaties kan behulpzaam zijn om straatdealers beter in beeld te krijgen. Straatdealers screenen kan hier een onderdeel van zijn, mits er een passend vervolg aan kan worden gegeven.
- Van de straatdealers met regiobinding is een groot deel al opgenomen in een gemeentelijke aanpak (Top1000). Ook staan velen op de veelplegerslijst van het OM. Het is interessant te onderzoeken of straatdealers misschien in het verleden opgenomen zijn geweest in een persoonsgerichte aanpak (Top1000). De vraag is of het terugdringen van high impact crimes samengaat met een hogere kans op andere delicten zoals straatdealen.
- Tenslotte wijst de GGD erop dat (jonge) straatdealers mogelijk in opdracht dealen. Criminele exploitatie van kwetsbare jongeren vraagt om een andere aanpak. Dit moet nader diepgaand worden onderzocht.